Koudum: anders dan Bolsward of Sneek maar wel topcategorie

Algemeen
Foto: Jelly Mellema
Foto: Jelly Mellema

KOUDUM - In de serie ‘Leefbaarheid in het dorp’ besteedt maandkrant GrootBolsward-IJsselmeerkust in het meinummer ruime aandacht aan Koudum. 

“Je hebt dorpjes en grote dorpen. Daartussen is een midden-categorie. Daar behoort het dorp Koudum toe. Dat vinden de Koudumers zelf overigens niet. Ze hebben de borst vooruit gesmeten en hebben alles wat ze bouwden groot gebouwd op een ruime hoeveelheid grond. Alles in en om Koudum is groot. En daardoor lijkt het alsof Koudum wel tot de topcategorie behoort.”

Verslaggever Eelke Lok van GrootBolsward-IJsselmeerkust reisde af naar Koudum en sprak met Durk Grouwstra, de huidige voorzitter van Dorpsbelangen Koudum. Grouwstra betoont zich een onvervalste ambassadeur van Koudum: “We meitsje inoar sterk, der is mienskipssin. En wy binne fansels it moaiste plakje fan de Súdwesthoeke.” Hij illustreert dat door er aan toe te voegen dat de Elfstedentocht er langs komt, er is bos, er is weide, er is water en het heeft een regiofunctie.

In het artikel een beetje geschiedenis, over de naam Koudum, in de negende eeuw nog Colwidum geheten: widum (bos) op een col (hoogte), een hoogte die ontstond door het in de IJstijd omhooggeduwde land. Ook genoemd: het jaar 1984, het jaar waarin Koudum niet langer de hoofdplaats was van de gemeente Hemelumer Oldeferd, maar onderdeel werd van een grootere fusiegemeente.

Grouwstra vertelt over de sportaccommodaties in Koudum, over dorpshuis De Klink dat zo veel meer is dan dorpshuis en over de onlangs in gebruik genomen nieuwe accommodatie van verzorgingshuis De Finke. En volgens hem is Koudum nog niet uitgegroeid. Dorpsbelangen is bezig met een nieuwe dorpsvisie. “Dus freegje we oeral hoefolle konkrete belangstelling at der is. En dan soe it bêst wêze kinne dat we wer ta binne oan in nije wenwyk oan de bûtenkant fan Koudum.” Als de verslaggever opmerkt dat Koudum daarmee dan naar de gemeente moet, antwoordt Grouwstra: “Ja, en dan moat we fertelle dat Koudum wat oars is as Boalsert en Snits, mar ek wat oars as lytse doarpen. Mar we ha in goed kontakt mei de gemeente, dat komt wol goed.”

‘Opvallend’ noemt de verslaggever het ruime winkelaanbod van Koudum, want zo zegt hij, Workum en Balk hebben dat ook en liggen vlak bij. Blijkbaar heeft Koudum veel ‘achterland’ en heeft het een streekfunctie. Natuurlijk vertelt hij het verhaal over de kwaliteit van de Koudumer boontjes, de ‘Koudumer beantsjes’, net als de vermaarde bloemkolen geteeld bij kwekerij Timpe op de humusrijke en in de luwte liggende glooiing van de stuwwal.

Even opvallend vindt Eelke Lok het bedrijventerrein van Koudum waarop bedrijven met relatief weinig werknemers wel in grote panden met veel ruimte huizen. “Dat is Koudum”, constateert hij. Grouwstra, hoe lovend ook over Koudum, heeft nog wel een wens voor het dorp. Als hij wijst op de recreatiebedrijven in en bij Koudum, zegt hij dat veel recreanten graag door Koudum fietsen: “Dy komme by ús. Dêrom moat we wat mear terrasmooglikheden yn it sintrum ha.”

Het hele artikel (anderhalve bladzij, met foto’s van de sporthal, molen De Vlijt, basisschool De Klimbeam, kwekerij Timpe, de Hoofdstraat, het kunstwerk van Hanshan Roebers bij het Morraplan en de jachthaven) staat in de huis-aan-huis verspreide editie van mei 2021 van GrootBolsward-IJsselmeerkust op pagina 20-21. Het artikel is ook online te lezen. Op pagina 29 van deze krant staat ook nog een artikel over De Finke onder de titel “Het gevoel van thuis in de nieuwe Finke’. Daarin kijkt locatieverpleegkundige Hannah Oostland terug op de eerste weken in de nieuwe accommodatie.