Meer vlinders in het Noorden

Algemeen
Afbeelding

REGIONAAL: Van 6 tot en met 28 juli 2019 organiseerde De Vlinderstichting de tuinvlindertelling. Er zijn zo’n 10.000 tellingen gedaan. Een kwartier lang noteerde men de vlinders die in de tuin aanwezig waren. Er zijn minder vlinders gezien dan in de voorgaande jaren. De Atalanta is de meest getelde vlinder.

Gelukkig is er ook goed nieuws: met name in Groningen, Friesland, Noord-Holland en op de Wadden meldden veel waarnemers erg veel vlinders in de tuin. Met name dagpauwoog, atalanta en distelvlinder zijn daar talrijk. Waarom dat zo is blijft nog onduidelijk: meer regen, andere grondsoort, lagere temperaturen… of is er toch meer aan de hand? Tekst Vlinderstichting.
De Atalanta werd de landelijke nummer 1
De Atalanta eindigde landelijk op nummer één. Dat komt omdat deze vooral in de noordelijke provincies, waar dus redelijk veel vlinders werden gezien, erg talrijk is. Ten zuiden van de grote rivieren werd de atalanta veel minder gezien. Het klein koolwitje is op de tweede pek geëindigd, deze komt verspreid door het hele land voor. De derde plaats is voor de dagpauwoog. Deze vlinder was aan het begin van de tuinvlindertelling, drie weken geleden, nog maar weinig aanwezig. De laatste dagen komen ze echter uit de pop en nemen ze sterk in aantal toe. Dat geldt ook voor de distelvlinder, die zich de laatste week van de telling steeds meer lieten zien.

Wat vorig jaar al gevreesd werd, blijkt nu ook uit de cijfers van de Landelijke Tuinvlindertelling: 2019 is een zeer slecht vlinderjaar. Door het droge weer vorige zomer zijn veel rupsen doodgegaan omdat de planten waar ze van afhankelijk zijn, waren verdroogd. Dat zie je nu pas terug. Het ging al slecht met de insecten en dan komt zo’n droge zomer er nog even bovenop. Dat hakt erin. Gemiddeld lag het aantal getelde vlinders veel lager dan andere jaren. De afgelopen tien jaar waren er gemiddeld 15 vlinders per telling in de tuin. Dit jaar zijn dat er slechts 7,5: een halvering.

Foto Hielke Weening

Afbeelding